Trombocytentransfusies

Deel 1: afname, opslag, werking en afbraak van getransfundeerde trombocytenconcentraten

Door op 16-03-2015
  • 00Inleiding
  • 01Afname van volbloed en bereiding van trombocytenconcentraten
  • 02Trombocytaferese
  • 03Samenstelling van een trombocytenconcentraat
  • 04Opslag
  • 05Werking
  • 06Transfusie
  • 07Afbraak
  • 08Nieuwe ontwikkelingen
  • 09Reacties (0)

Samenvatting

Trombocytenconcentraten worden toegediend aan patiënten met een tekort aan circulerende trombocyten als gevolg van een onderliggende ziekte, of aan patiënten met een verhoogd verbruik, zoals bij trauma. Om aan de vraag van ziekenhuizen te voldoen neemt Sanquin Bloedvoorziening volbloed bij donors af, waaruit trombocyten worden gezuiverd. Deze trombocytenconcentraten worden maximaal 7 dagen bewaard met behoud van kwaliteit. Toegediende trombocyten worden geactiveerd op de plaats van een bloeding, en in een zichzelf versterkende reactie wordt uiteindelijk een stolsel gevormd om de bloeding te stelpen. Hoewel gezonde personen een trombocytenaantal tussen 150 en 400 × 109/l hebben, hoeft bij stabiele patiënten pas te worden getransfundeerd bij minder dan 10 × 109/l trombocyten; afhankelijk van de klinische conditie kan een hogere trigger worden gebruikt. Recente studies wijzen erop dat bij sommige patiëntengroepen pas getransfundeerd hoeft te worden wanneer ze actief bloeden. Recente ontwikkelingen als het gebruik van bewaarvloeistoffen en pathogeen-inactivatiemethoden zullen trombocytentransfusies veiliger maken.
Dit artikel is het eerste van een tweeluik over trombocyten. In het tweede deel zal verder worden ingegaan op de klinische impact van het toedienen van trombocyten.

Log nu in om het volledige artikel te bekijken of om te reageren.

Abonneren

Informatie over dit artikel

Auteurs Meer, P.F. van der
Kerkhoffs, J.L.
Thema Nascholingsartikel
Accreditatie 1 accreditatiepunt
Publicatie 16 maart 2015
Editie A&I - Jaargang 7 - editie - Editie 1, 2015

Leerdoelen

Na het lezen van dit artikel weet u hoe trombocyten worden afgenomen en gezuiverd. U weet welke veranderingen optreden tijdens het bewaren van trombocytenconcentraten, en wat de klinische gevolgen daarvan zijn. Verder weet u wanneer trombocyten toegediend moeten worden, welke toename in trombocytenaantallen verwacht mag worden, en waarom dit soms lager is. U kent de werking van trombocyten, en hun rol in het stoppen of voorkomen van bloedingen.